Daantje heeft een heel mooi boekje
en hij houdt het stevig vast.
Pappa moet hem voor gaan lezen,
die zet het boekje in de kast.
 
Daantje moet nog even wachten,
het is nog geen voorleestijd.
Boos stampt Daan nu met zijn voetjes,
wordt witheet haast van de nijd.
 
Pappa wijst nu naar de wekker:
‘Kijk eens naar die wijzer, Daan,
die gaat steeds weer in de rondte
van onderaan tot bovenaan.
 
Hou die maar goed in de gaten
want hij moet nog 10 keer rond.’
Daan gaat op zijn knietjes zitten,
met zijn vinger in zijn mond.
 
Hij kan helemaal niet tellen.
Maar die wijzer vindt hij leuk.
Hij probeert hem vast te pakken,
ligt dan even in een deuk.
 
Dan mag Daan bij pappa komen.
‘Voorleestijd, Daan,’ zegt pappa.
Over Abram, die op reis ging
en zijn lieve vrouw Sara.
 
Naar het land dat God beloofd had
en de reis die duurde lang.
Maar God zou goed op hen passen
daarom waren ze niet bang.