Een moeder liep met haar dochtertje door een straat. Het meisje zag iemand aankomen lopen die een praatje ging maken met haar moeder. Zij kende die mevrouw niet en werd verlegen. Ze verstopte zich achter de hand van haar moeder. Ze dacht; ik zie jou niet dus zie jij mij ook niet. De mevrouw zie iets vriendelijks tegen haar omdat het zo’n lief meisje was. Was ze bang of was ze alleen maar een beetje verlegen?
Kennen jullie dat ook. Toen jullie heel klein waren hebben jullie ook vast weleens kiekeboe gespeeld. Wat een pret had je dan. Het is goed om te lachen dat is gezond. Dachten jullie toen ook dat papa of mama je toen niet zag? Later wist je wel beter.
Weet je bij grote mensen is dat soms ook zo. Wij kunnen God niet zien, daarom denken sommige mensen; ik zie Hem niet dus Hij is er ook niet. Maar hoe weet je nu dat God er wel is?
Heb je God weleens iets gevraagd en je kreeg het ook? Of heeft God je soms geholpen toen je verdrietig was of ziek? God kijkt in liefde naar ons om. Zoals jullie ouders voor jullie willen zorgen, zo wil God ook voor ons zorgen. Al zien we Hem niet, Hij is er wel en Hij zorgt voor ons.
Sommige mensen zeggen; God ziet alles. Meestal zeggen ze dat omdat er iets gebeurt wat niet mag. Ze maken van God een boeman die direct en zwaar straft.
Zo is God toch niet? Hij houdt van ons omdat we Zijn kinderen zijn.
Wij zijn allemaal weleens stout, maar daarom houden we nog wel van elkaar. Zo is het ook met God. Ondanks dat we soms ondeugend zijn, houdt Hij veel van ons.
Laat je dus niet bang maken dat is helemaal niet nodig.