Matteüs 22 vanaf vers 1.
Kennen jullie het verhaal al, van die koning? Het is een heel bijzonder verhaal, de Here Jezus vertelde het aan Zijn vrienden. Het verhaal ging over een koning die op een dag tegen zijn slaven zei: Ik wil dat jullie snel wat uitnodigingen voor mij rondbrengen, want het is tijd voor de bruiloft van mijn zoon en alles staat al klaar. De tafels zijn gedekt, er is een bruiloftsmaal, de mensen mogen komen om te eten, ze zijn welkom aan mijn tafel, ga ze maar halen. De slaven gingen snel op weg, ze wilden de genodigden vragen om te komen, ze wilden hen de uitnodiging van de koning geven en dat gingen ze doen. Maar de één wilde naar zijn akker om daar te werken, want hij had een stuk grond waar nog heel veel op gebeuren moest en de ander had nog zoveel te doen, zoveel te regelen ook deze kon niet komen en zo ging het maar door en weten jullie wat het ergste was van alles? Er waren zelfs mensen die gemeen deden tegen de slaven van de Koning en zij deden de slaven pijn. Het was niet leuk en niet eerlijk, het was gemeen. De koning werd boos, niet een klein beetje, maar super boos, hij vond dit helemaal niet leuk, ze mochten notabene bij het feest aanwezig zijn, ze mochten eten en drinken en feest vieren en toch deden ze zo raar, zo vreemd, zo oneerlijk. De koning stuurde een heel leger naar de gemene mensen om ze een lesje te leren, oei dat was niet best en toen zei hij tegen zijn slaven: De bruiloft kan beginnen maar ik heb me vergist in de mensen die ik wilde vragen om te komen, daarom wil ik liever anderen vragen. Ga maar naar de kruispunten van de wegen, nodig iedereen uit die je daar ziet en zeg dat het feest is en dat ze welkom zijn op de bruiloft van mijn zoon. En de slaven deden het snel, ze gingen naar de wegen en namen iedereen mee die ze tegenkwamen, goede en slechte mensen. En de bruiloftszaal was helemaal vol. En het verhaal van deze koning lijkt op het verhaal van een andere koning, dat de Koning der Koningen, de Here God die een maaltijd klaar heeft voor de bruiloft van Zijn Zoon de Here Jezus. En wij zijn de mensen die uitgenodigd zijn op het feest in Zijn Koninkrijk, de hemel. Jij en ik, ja iedereen en Hij wil dat wij komen en niet te druk bezig zijn met allemaal andere dingen, misschien met het opknappen van een huis, of te druk met school of te druk met spelen, maar de Here God vraagt of we ook tijd voor Hem willen vrij maken om bij Hem te komen, met Hem te praten, en of wij wel klaar staan om feest met Hem te vieren. Als Hij tegen ons zegt dat het eten klaarstaat dan wil Hij dat we komen en niet meer treuzelen en wachten, want dan is het misschien te laat dan roept Hij anderen, mensen die wel tijd willen nemen voor Hem. Ben jij er klaar voor?
Lucas 14 vanaf vers 12
Op een dag zei de Here Jezus tegen Zijn vrienden: Als je een maaltijd wilt houden roep dan niet de mensen die je kent, je vrienden of je buren of je broers en zussen, je familie, want zij zullen er iets voor terug doen en je terug willen betalen. Maar vraag de bedelaars en de mensen die een handicap hebben, of de blinden en lammen, zij hebben niks en kunnen je niet terugbetalen, maar toch zul je heel veel terugkrijgen als je bij Mij komt wonen in de hemel. En toen vertelde de Here Jezus het verhaal van een Koning, hij had een maaltijd klaar en nodigde veel mensen uit, hij stuurde zijn slaaf om te zeggen dat het eten klaarstond en dat het tijd was om te komen, maar iedereen had een excuus, de eerste zei: Ik heb een stuk grond gekocht en daar moet ik toch even naar kijken, een ander zei: Sorry hoor, ik heb net een paar ossen aangeschaft en daar wil ik snel heen, ik moet ze nog keuren, weer een ander zei: Ik ben net getrouwd en heb nu even geen tijd. De slaaf kwam weer bij de Koning om het slechte nieuws te vertellen. De Koning werd boos: Ga dan maar door de straten en haal anderen, hij stuurde de slaaf dit keer de straten en de stegen in om de bedelaars, de blinden en lammen te halen, de mensen die verder bij niemand welkom waren. De slaaf deed het en hij kwam weer naar de Koning en zei: Koning ik heb gedaan wat u vroeg maar er is nog plaats genoeg in de feestzaal. De Koning stuurde de slaaf weer op weg om nog meer mensen te halen en uit te nodigen, dwing ze om te komen, zei de Koning. Dat ging de slaaf doen, want de Koning wilde een volle zaal, want dan pas zou het echt feest zijn en de zaal werd vol, gelukkig maar. En weten jullie wat het bijzondere is, dat eigenlijk die Koning, de Here God is, dat Hij de mensen uitnodigt om te komen in Zijn koninkrijk, dat Hij steeds maar weer anderen stuurt om van Hem te vertellen, om te zeggen: Het is feest, jij bent welkom, kom maar bij Mij en toch zijn er heel veel mensen die het veel te druk hebben, druk met van alles en die niet naar Hem toe willen komen, die denken dat ze nog wel even tijd hebben, maar het eten staat al klaar, de feestzaal is versierd, de Here God is er helemaal klaar voor en als de mensen niet willen komen dan zorgt Hij wel dat er anderen geroepen worden, mensen die wel tijd voor Hem willen vrijmaken. En iedereen mag komen, of je arm bent of rijk dat maakt niks uit als je maar bij Hem wilt horen ben je welkom.