Tom is een architect, een heel beroemde, hij kan heel veel huizen en bruggen ontwerpen.
Maar hij heeft het nog niet gedaan. Waarom niet? Omdat hij vindt dat het bijzonder en speciaal moet zijn.
Hij pakt een vel papier, een hele grote. Hij laat zijn potlood over het papier zweven, hij denkt na…
Dan begint hij, de eerste lijnen op papier worden gezet en al snel staat er een heel mooi ontworpen huis.
Als de bouwtekeningen af zijn kijkt hij er tevreden naar. Wat is het mooi geworden!
Maar … is hij echt helemaal tevreden?
Nee, want hij heeft nu wel een heel mooi huis op papier, maar niemand kan wonen in een huis op papier.
Nee Tom is nog niet tevreden, hij wil het huis laten bouwen.
Hij gaat aan de slag, hij stort de fundering zodat het huis heel goed en vast staat.
Hij metselt de muren op en maakt er ramen in. Zorgt voor een goed waterdicht dak.
Zo, tevreden kijkt Tom ernaar. Wat wordt het huis mooi en groot! Daar kunnen straks heel veel mensen in wonen.
Tom geniet van zijn mooie huis. Maar als Tom rond en door het huis loopt is hij toch nog niet helemaal tevreden… Hij mist nog wat.
Wat?
Een keuken, een wc en een badkamer. Ook mist hij nog een lekkere bank om op te zitten en een tafel om aan te eten. Vlug gaat hij aan de slag, hij maakt een keuken en wc. Ook al de andere dingen die in een huis horen te zijn komen er in. Hij maakt het allemaal.
Weer loopt Tom door het huis. Hij zet een lekker bakje koffie en gaat op de bank zitten. O wat is dat genieten. Tom zit lekker op de bank van zijn zelf ontworpen huis en zelf gemaakte meubels.
Hij geniet er met volle teugen van.
Maar na een uurtje begint Tom zich alleen te voelen.
Weet je wat denkt Tom: “Ik nodig wat vrienden uit die met mij willen wonen in dit mooie huis wat ik gemaakt heb.”
Hij belt zijn vrienden, Wouter en Jessica op, en nodigt ze uit.
Als ze horen wat Tom heeft gedaan, komen ze gelijk naar Tom toe.
Als ze bij Tom’s huis zijn kijken ze hun ogen uit. Wat een mooi huis. En wat groot! Hier willen ze wel komen wonen.
Er zijn wel 20 kamers en 10 badkamers. Wat ziet alles er mooi uit.
Tom geeft zijn vrienden wat te drinken en geniet met ze mee. Dan vertelt hij dat er in het huis één kamer is waar Wouter en Jessica niet mogen komen. Dat is de kamer naast de grootste slaapkamer. Daar zijn allemaal spullen waar Tom heel zuinig op is en ook wat spullen die Wouter en Jessica niet mogen gebruiken. Dat vinden Wouter en Jessica helemaal niet erg, ze mogen verder in al de andere kamers komen en al de spullen gebruiken.
Als Wouter en Jessica er een uurtje zijn, vraagt Tom of het goed is als hij nog even weg kan. Hij moet namelijk nog wat doen. Maar Jessica en Wouter mogen gewoon in het huis blijven, ze mogen er zelfs slapen als ze willen.
Nou dat willen Wouter en Jessica wel.
Ze zoeken de mooiste slaapkamer uit en gaan lekker slapen.
De volgende dag is Tom nog niet terug. Maar dat geeft niet voor Wouter en Jessica. Ze lopen door het mooie huis en bekijken alles rustig.
Dan gaat de deurbel. Wouter en Jessica doen open. Daar staat Stefan. Wat leuk dat hij ook even komt kijken. Stefan heeft het huis gezien en wil het wel eens van binnen zien.
O dat mag vast wel van Tom, denken Wouter en Jessica dus ze laten het huis zien. Al de kamers en de keuken. Als ze de beneden verdieping gezien hebben gaat Wouter een kopje koffie zetten voor Stefan en Jessica, terwijl Jessica aan Stefan verder het huis laat zien.
Ze lopen naar boven en bewonderen al de slaapkamers en badkamers.
“Zo veel kamers” zegt Stefan. “wat moet Tom er allemaal mee?”
“Voor iedereen die bij hem wil wonen is een kamer gemaakt” zegt Jessica.
Dan komen ze bij de grootste slaapkamer. Ze worden er allebei stil van. Wat is het een mooie kamer.
Als ze de grootste kamer uitkomen ziet Stefan de kamerdeur waar Wouter en Jessica niet mogen komen van Tom.
Hij kijkt Jessica aan en vraagt: “Wat is er in die kamer?”
“O in die kamer mogen we niet komen van Tom. Want daar staan dingen die voor hem zijn en die wij toch niet hoeven te gebruiken”, antwoordt Jessica
“Dat zal toch wel meevallen” zegt Stefan: ”Weet je wat ik denk: ik denk dat hij daar een hele lekkere bank heeft staan, lekkerder dan die beneden staat. En ik denk dat Tom niet wil dat jullie daar op gaan zitten.”
“Echt?”, vraagt Jessica.
“Ja echt, zo is Tom, hij denkt alleen maar aan zichzelf”, antwoordt Stefan.
Jessica kijkt hem twijfelend aan.
“Ga maar kijken”, spoort Stefan haar aan.
Langzaam loopt Jessica naar de deur. Ze pakt de deurknop vast en opent het voorzichtig. Dan kijk ze naar binnen. Er staat inderdaad een hele mooie bank. En die ziet eruit alsof hij heel erg lekker zit.
O.. zal ze er heel even op gaan zitten, gewoon om het te proberen?
Heel zachtjes loopt ze naar de bank en heel voorzichtig gaat ze zitten.
O deze bank zit echt veel lekkerder dan die beneden staat! Dat moet Wouter weten.
Ze rent naar beneden, “Wouter! Wouter” Roept ze, “kom vlug, er staat boven een hele lekkere bank. Daar moet je echt op zitten. Die zit veel beter dan de bank die beneden in de kamer staat.”
Wouter loopt nieuwsgierig achter haar aan, naar boven en de verboden kamer in.
Ook Wouter gaat op de bank zitten, hij kijkt Jessica aan, “o deze zit echt lekker”, zegt hij.
Terwijl ze genietend op de bank zitten, komt Tom terug.
Hij roept: Wouter! Jessica! Waar zijn jullie?
Wouter en Jessica kijken elkaar verschrikt aan. “O nee,” zegt Jessica: “We mogen hier helemaal niet zijn." "Vlug kom, dan gaan we naar onze slaapkamer", zegt Wouter.
Snel lopen ze naar hun slaapkamer en gaan op bed zitten.
Tom komt hun kamer binnen. “Hé” zegt hij, “Zijn jullie nog steeds op jullie kamer? Willen jullie niet genieten van het hele huis?”
“Jawel”, zegt Wouter: “Maar we waren nu gewoon nog even hier”
Tom kijkt hen onderzoekend aan, hij gelooft er niks van.
“Zijn jullie in de kamer geweest waar jullie niet mochten komen?” vraagt hij.
Wouter begint te stamelen: “huhuh, Jessica riep mij en zij was in de kamer.”
Nu wordt Jessica’s hoofd rood en ook zij begint te stamelen: “Ja dat klopt maar Stefan zei dat dat gewoon kon. En dat we er niks van zouden krijgen.”
Tom kijkt verdrietig. “Ik had gevraagd om niet in die kamer te komen, is dat te veel gevraagd?” zegt hij.
Dan komt Stefan ook de kamer binnen.
Tom kijkt Stefan aan, ”jij mag nooit meer hier binnen komen. In het hele huis niet ook de tuin niet. Ik wil jou nooit meer zien. Weg wezen jij!”
Stefan werpt nog een vlugge blik op Wouter en Jessica en gaat dan het huis uit.
Dan kijkt Tom naar Wouter en Jessica, “jullie mogen nu ook niet meer in het huis wonen en slapen. Omdat jullie niet naar mij hebben geluisterd. Jullie mogen nog wel slapen in de tuin. Maar niet meer in het huis. Over een tijd, dan mogen jullie weer in mijn huis wonen. Maar nu nog niet.”
Wouter en Jessica staan verdrietig op, ze lopen naar de tuin.
Ze gaan in het tuinhuisje wonen, want dan kunnen ze toch nog met hun vriend Tom praten.
Elke keer als ze naar het huis kijken, verlangen ze er naar om straks weer in het huis te mogen wonen met hun vriend Tom.
En in het huis?
Daar is Tom bezig, om alles nog mooier te maken voor Wouter en Jessica, zodat als ze straks weer bij hem komen wonen ze het nog beter hebben dan eerst.
Hij blijft hun vriend en hij zal ze nooit vergeten.
Zo is het ook met de Heere God.
Hij maakte voor ons een heel mooi paradijs, maar wij deden dingen die niet mochten. Net als Wouter en Jessica uit het verhaal. Zo waren het Adam en Eva die van de boom aten terwijl dat niet mocht. Maar gelukkig houdt God zoveel van ons dat hij niet heeft gezegd: “Nu haat ik jullie.” Nee gelukkig niet, de Heere God blijft van ons houden. En hij maakt een plekje voor ons vrij in Zijn huis/Zijn paradijs. Zodat wij straks mogen genieten van Zijn huis en Zijn liefde voor ons.